Afdichting van doorvoeringen van kabels, kabelbundels of kabelgoten in brandwerende massieve muren met een brandwerende coating (en een afdichtingsplaat)

Terug naar : bouwdetails

  • 1. Afb. 1 : Afdichting van een doorvoering van een kabel, kabelbundels of kabelgoot in een brandwerende massieve muur met een brandwerende coating en eventueel een afdichtingsplaat

    Legende

    1. Massieve muur
  • 2. Kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 3. Uitsparing en speling rond de kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 4. Afdichtingsplaat of afdichting rond de kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 5. Brandwerende coating
  • 6. Ophangconstructie van de kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 1. Massieve muur
  • 2. Afb. 2 : Afdichting van een doorvoering van een kabel, kabelbundels of kabelgoot in een brandwerende massieve muur met een brandwerende coating en eventueel een afdichtingsplaat

    Legende

    1. Massieve muur
    2. Kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 3. Uitsparing en speling rond de kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 4. Afdichtingsplaat
  • 5. Brandwerende coating
  • 6. Ophangconstructie van de kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 1. Massieve muur
  • 2. Kabel, kabelbundel of kabelgoot
  • 4. Afdichtingsplaat
  • 5. Brandwerende coating

1. Massieve muur

De massieve muur moet ofwel in overeenstemming zijn met een gestandaardiseerde massieve muur, ofwel met een gelijkaardige massieve muur. Het gebruik van andere massieve muren is toegelaten, op voorwaarde dat dit gevalideerd wordt in de voorschriften van de fabrikant* van de brandwerende voorziening die in de muur aangebracht wordt.

2. Kabel, kabelbundel of kabelgoot

De eigenschappen van de kabel, kabelbundel of kabelgoot moeten in overeenstemming zijn met de voorschriften van de fabrikant*. Daarin moet de volgende informatie opgenomen zijn:
- het kabeltype, eventueel in een elektro-installatiebuis
- de maximaal toegelaten diameter (buitendiameter, diameter van de geleider). Voor kabelbundels wordt het maximale aantal kabels en de maximale diameter van de kabels aangegeven
- de afmetingen (b x l x h) en de dikte van de kabelgoot (bv. 60 x 500 x 60 – 1,5 mm).

Doorgaans loopt de kabel, kabelbundel of kabelgoot loodrecht doorheen de wand. Een schuine doorvoering is alleen mogelijk als dit is toegestaan in de voorschriften van de fabrikant*, onder voorbehoud van eventuele aanpassingen aan de brandwerende voorziening (ligging, afmetingen ...).

3. Uitsparing en speling

Het verschil tussen de diameter van de uitsparing en de diameter van de kabel, kabelbundel of kabelgoot moet gespecificeerd worden in de voorschriften van de fabrikant*:
- de afmetingen van de uitsparing in de massieve muur moeten kleiner dan of gelijk aan de afmetingen van de geteste uitsparing zijn
- de afstand tussen de kabel, kabelbundel of kabelgoot en de randen van de uitsparing moet groter dan of gelijk aan de geteste afstand zijn om een correcte en voldoende opvulling te kunnen uitvoeren.

Voor meer informatie dient men de voorschriften van de fabrikant* te raadplegen.

4. Afdichting

Een afdichting is niet altijd vereist. In voorkomend geval wordt de afdichting van de ruimte tussen de kabel, kabelbundel of kabelgoot en de uitsparing in de muur gerealiseerd volgens de voorschriften van de fabrikant* (dichtpleisteren, opstoppen met rotswol …).

Bij grote uitsparingen kan de afdichting van de ruimte tussen de kabel, kabelbundel of kabelgoot en de uitsparing in de massieve muur ook gerealiseerd worden met een afdichtingsplaat. Meestal wordt een afdichtingplaat uit rotswol gebruikt, maar andere types worden ook voor deze toepassing getest (zie de voorschriften van de fabrikant*). Als de
(rotswol-)afdichtingsplaat in twee lagen aangebracht moet worden, dienen de naden te verspringen.

5. Brandwerende coating

De brandwerende coating wordt over een bepaalde lengte uitgesmeerd op de onbrandbare leiding. Deze lengte is voornamelijk afhankelijk van het type coating en loopt meestal over
50 tot 150 mm aan weerszijden van de muur (zie de voorschriften van de fabrikant*).

Ook de brandwerende coating wordt ook aangebracht op:
- de naden tussen de onbrandbare leiding en de muur
- de massieve muur (over een voldoende afstand – bv. 100 mm – zie de voorschriften van de fabrikant*).

De brandwerende coating wordt uitgesmeerd met een voldoende dikte (bv. in de vorm van het verbruik in liter/m² en/of via controle van de droge/natte laagdikte – zie de voorschriften van de fabrikant*).

6. Ophangconstructie van de kabel, kabelbundel of kabelgoot

De kabel, kabelbundel of kabelgoot dient ondersteund en bevestigd te worden volgens de regels van goed vakmanschap. De ophangingen moeten zo dicht mogelijk bij de muur liggen (in principe op een maximale afstand van 500 mm – zie de voorschriften van de fabrikant*).

* Opgesteld op basis van het classificatierapport.



Gerelateerde bouwdetails

Gerelateerde publicaties