De mate waarin de uitlijning van een voeg afwijkt ten opzichte van een rechte lijn.
Meetmethode
Voor het controleren van de rechtlijnigheid van voegen kan men gebruik maken van een opgespannen touw, een rechte lat, rotatie- of kruislijnlaser of een schietlood (enkel voor verticale voegen).
Men meet het verschil tussen de referentielijn en de rand van de voeg met een meetlat of schuifpasser.
Meten van de rechtlijnigheid van keramische tegelvoegen met een stijve lat.
Meten van de rechtlijnigheid van stootvoegen van metselwerk middels een opgespannen touw.
Meten van de rechtlijnigheid van de lintvoegen van metselwerk middels een opgespannen touw.
Interpretatie van de resultaten
Men kan de gemeten afwijking toetsen aan de vooropgestelde eisen.