De energiebehoeften van het gebouw moeten tot een minimum beperkt worden.
- Door de prestaties van de gebouwschil te verbeteren:
- dankzij een doorgedreven thermische isolatie
- door bijzondere aandacht te besteden aan de bouwdetails
- door te zorgen voor een goede luchtdichtheid en een doeltreffende ventilatie.
- Door hernieuwbare energiebronnen te gebruiken om de energiebehoeften te dekken: warmtepompen, fotovoltaïsche of thermische zonne-energie ...
- Door te kiezen voor performante technische systemen die afstappen van fossiele brandstoffen. Inzetten op energieflexibiliteit om het vermogen en de timing van het verbruik te beheren is de boodschap.
Het comfort moet zowel in de zomer als in de winter gewaarborgd worden: denken we hier bijvoorbeeld maar even aan het thermische comfort en de binnenluchtkwaliteit, maar ook aan het akoestische en visuele comfort.
De impact van onze gebouwen omvat meer dan alleen maar de energieprestaties en moet beschouwd worden in de bredere context van duurzaam bouwen.